Je leeft!

Brighter World / Buurtzorg

Kees Fraanje (64) Buurtzorg Bruinisse – Duiveland

De rit van Rotterdam naar zijn huis in Bruinisse duurt langer dan ooit. Kees Fraanje wordt met de wensambulance naar huis gebracht, hij wilde zo graag nog een keer samen met zijn vrouw Ilse thuis op de bank zitten. Als ze daar samen zitten, valt opeens het kwartje. Hij typt iets in op zijn iPad, drukt op het luidsprekericoontje en laat de iPad voor hem spreken. De computerstem is emotieloos: ‘Ik ga dood he?’

‘Dat zullen we nog wel zien,’ zegt Ilse. En dat is nou precies waarom hij zoveel van zijn vrouw houdt.

 

Kees heeft keelkanker, hij is negen keer geopereerd en zesendertig keer bestraald, maar steeds weer dook de kanker op. Misschien sneden ze niet voldoende weg. Lang probeerden de artsen zijn stembanden en strottenhoofd sparen, maar dat bleek onmogelijk. Op 18 november 2014 werd Kees zijn stem ontnomen. Enkele dagen later, als de wond genezen is, zal zijn stemprothese geplaatst worden. Maar de wond geneest niet, er ontstaat een fistel, een soort tunnel onder zijn huid. Negen weken ligt Kees in het ziekenhuis aan de sondevoeding, hij kan niet eten, drinken of spreken.

De rit en de emoties hakken erin. Met zijn 45 kilo ziet de zestiger eruit als een oude man van negentig. ‘Tot morgen,’ zei Ilse, zij blijft thuis, Kees gaat weer terug naar het ziekenhuis in Rotterdam.

Misschien is er geen morgen, denkt hij ’s avonds vlak voordat hij in slaap valt.

Maar de volgende ochtend wordt hij wakker. En de daaropvolgende ochtend ook. En ook de dag erop. Kees knapt niet op, maar blijft wel leven. Een week later wordt hij ontslagen uit het ziekenhuis. Het wordt niet uitgesproken, maar hij weet dat hij naar huis gaat om te sterven.

De angst slaat hem om het hart. Hij is zo afhankelijk van de zorg. Wat als zijn sonde verstopt? En wat als het moment is aangebroken, het moment dat je echt doodgaat?

Dan ziet hij een bekend gezicht. Het is Lia, van Buurtzorg. Kees herpakt zich, de ergste paniek verdwijnt. Lia kent zijn verhaal, ze verzorgde hem na zijn bestralingen, weet hoe vaak hij al onder het mes is geweest. Nu Kees in het ziekenhuis ligt, loopt ze regelmatig even langs bij Ilse, gewoon om te kijken hoe het met haar gaat. Met nieuwjaar bracht ze oliebollen.

‘Dag Kees, ik ben straks weer van de partij hoor.’ Lia pakt de zaken voortvarend op, krijgt instructies van het verplegend personeel en neemt de belangrijkste spullen mee naar zijn huis in Bruinisse. Zoveel betrokkenheid van de thuiszorg zijn ze in het ziekenhuis niet gewend. Ook Ellen, Helma en Annie van Buurtzorg komen langs in het ziekenhuis om van de ziekenhuisverpleging te leren hoe ze Kees het beste kunnen verzorgen.

 

Weer maakt Kees de rit naar Bruinisse, maar dit keer blijft hij thuis. De eerste dagen zijn spannend en intensief, steeds komen er twee Buurtzorgverpleegkundigen tegelijk. Geen van allen heeft ooit een wond verzorgd als die van Kees. Ze leren elkaar de fistel verbinden en controleren de wond nauwkeurig. Het zijn de dames van Buurtzorg die geloven in nóg een operatie.

Die operatie volgt snel, en met succes. Vanaf dat moment gaat Kees met grote stappen vooruit. De wond dicht en er wordt een stemprothese geplaatst. Na een beetje oefenen klinkt zijn stem min of meer als voorheen, brommend en zwaar. Hij begint weer te klussen in huis, hij timmert stoeltjes voor alle kinderen in de buurt en op een dag gaat hij weer werken.

 

Een jaar later is Kees in het ziekenhuis voor een controle, twee verpleegkundigen lopen aarzelend op hem af.

‘Kees?’ zegt de linker.

‘Ja, ik ben het! Ik dacht ik kom even gedag zeggen.’

‘Je praat!’ zegt de een.

‘Je leeft!’ zegt de ander.

Save